Rasgroep 2: pinschers, schnauzers, molossers en sennenhonden
Deze rasgroep is onder te verdelen in vier verschillende soorten met ieder eigen unieke karakter eigenschappen, uiterlijke kenmerken en afkomsten.
Pinschers zijn honden die vooral gefokt zijn als huis- en stalhonden. Dit houdt in dat zij goed zijn in het bestrijden van ongedierte. Denk aan ratten en muizen. Daarnaast zijn ze ook zeker geschikt als waakhond. Dit hebben ze te danken aan hun felheid en waakzaamheid.
Schnauzers zijn zeer vergelijkbaar met pinschers maar zijn vooral verschillend vanwege de vacht. Schnauzers hebben namelijke een ruwharige vacht en pinschers een gladharige vacht.
De molossers zijn grote honden. Maar dan ook écht grote honden. Ze zijn te herkennen aan een grote en zware lichaamsbouw, beschikken over zeer krachtige spieren en hebben een brede en vlakke kop met een stompe snuit. In het verleden werden ze veelal ingezet voor de jacht op grootwild, als waakhond en als slagershond.
Tenslotte zijn er nog de sennenhonden die vooral bekend staan als veedrijvers. Dit zijn zeer intelligente en zelfstandige honden die graag diverse taken en werkzaamheden uitvoeren. Naast hun werklustige karakter zijn ze ook zeer waakzaam.