In het land van onze oosterburen hebben behoorlijk veel mensen zich bezig gehouden met het fokken van honden. Dit heeft er uiteindelijk toe geleid dat behoorlijk veel hondenrassen hun oorsprong vinden in Duitsland, waar de Duitse Pinscher een typerend voorbeeld van is. Van dit ras bestaan echter ook weer meerdere varianten, waaronder de Affenpinscher en de Dwergpinscher. In vergelijking met de Duitse Pinscher weet een Dwergpinscher zich met name door zijn kleine afmetingen te onderscheiden.
Over het algemeen komen uit Duitsland vooral veel grote hondenrassen. Kleine Duitse hondenrassen zijn relatief zeldzaam, maar de Dwergpinscher is daar wel een voorbeeld van. Het gedeelte “dwerg” in zijn naam komt uiteraard niet zomaar uit de lucht vallen; nee, dat gedeelte is gebaseerd op de afmetingen van zijn lichaam. De Dwergpinscher is in ieder geval een fraaie hond om te zien en is ook behoorlijk temperamentvol en levendig. Geen enkele dag met een Dwergpinscher in huis is saai, terwijl dit ras ook nog eens behoorlijk gezond is. Een gemiddelde Dwergpinscher weet een leeftijd van zo’n 15 jaar te behalen.
Samenvatting Dwergpinscher
Dit zijn de belangrijkste eigenschappen van de Dwergpinscher.
1. Uiterlijke kenmerken
Zoals al eerder gesteld; de Dwergpinscher is de kleinere variant van de Duitse Pinscher. Met een maximale schofthoogteDe hoogte vanaf de grond tot aan de bovenkant van de rug, gemeten bij de voorpoten.X van zo’n 30 centimeter is het geen al te grote hond te noemen, maar hij is ook weer niet bijzonder klein. Hoe dan ook is een schofthoogte van 30 centimeter eigenlijk wel “de max”. Een gemiddelde Dwergpinscher heeft een schofthoogte tussen de 25 en 30 centimeter.
Opvallend aan zijn uiterlijk is verder zijn kortharige vacht. Zijn vacht voelt erg glad aan, ziet er zeer strak uit en is behoorlijk dicht ingeplant. Dit betekent dat je op de vacht van een Dwergpinscher eigenlijk geen kale plekken mag zien. Qua kleur zijn er meerdere variaties bij dit ras mogelijk; een veelvoorkomende variant is in ieder geval zwart met roodbruine aftekeningen. Er bestaan echter ook varianten waarbij de hoofdkleur hertenrood is. Opvallend zijn echter de verschillende aftekeningen bij dit ras; met name rondom de borst, zijn poten en zijn oren zijn deze aftekeningen zichtbaar.
Ondanks zijn kleine bouw is hij behoorlijk gespierd te noemen. Zijn lichaam is ietwat vierkant, maar toch kennen onder meer zijn rug en zijn poten een harmonieuze bouw. Zijn poten zijn relatief lang te noemen en worden dus veelal gekenmerkt door de aftekeningen in een andere kleur dan de vacht. De rug van een Dwergpinscher is niet al te lang, maar is wel nagenoeg volledig recht. Aan het einde van de rug is een slanke doch relatief lange staart te vinden. Deze staart kan echter ook gecoupeerd zijn; dit is echter niet toegestaan in ons land.
De kop van een Dwergpinscher is vergelijkbaar met de kop van een Duitse Pinscher, maar is wel een behoorlijk stuk kleiner. Opvallend aan zijn kop is de langwerpige vorm in combinatie met zijn vlakke voorhoofd. Zijn oren hebben een V-vorm en zijn hoog aangezet. De oren worden door de Dwergpinscher meestal recht omhoog gedragen, maar er bestaan ook honden binnen dit ras die de oren hangend dragen. De ogen van dit ras zijn behoorlijk groot en daarmee ook zeer opvallend te noemen. Door zijn grote ogen heeft hij een nogal indringende blik, terwijl het dus maar ene kleine hond is om te zien.
Al met al is de Dwergpinscher eigenlijk een miniatuurversie van de Duitse Pinscher. Beide hondenrassen vertonen veel overeenkomsten met elkaar, alleen is een flink verschil in de schofthoogte waarneembaar. Een Dwergpinscher is ongeveer 20 centimeter kleiner dan een Duitse Pinscher.
2. Gedrag
Het gedrag van een Dwergpinscher valt niet al te makkelijk te omschrijven. Dit ras kent namelijk verschillende opvallende karakteristieken, waarbij sommige karakteristieken elkaar ook tegen lijken te spreken. Feit is echter dat dit ras niet al te makkelijk is om op te voeden of in toom te houden. Het is dan ook wenselijk dat elk baasje van een Dwergpinscher de nodige ervaring heeft én ook stevig in zijn/haar schoenen staat.
Allereerst is het opvallend dat dit ras zowel zelfstandig als aanhankelijk is. Hij gebruikt graag zelf zijn eigen hersenen, maar hij vindt het ook heerlijk om leuke momenten met jou te beleven. Op het moment dat hij onvoldoende aandacht krijgt, neemt zijn intelligentie eigenlijk alles over. Op dat moment gaat hij geheel zelfstandig leven en heeft hij eigenlijk ook maling aan alle regels en commando’s. Het advies is dus om hem dagelijks van de nodige aandacht te voorzien, zodat hij niet gaat “ontsporen”.
Tegelijkertijd volgt hij jou wel op de voet; overal waar jij naar toe gaat, gaat hij ook naar toe. Het is niet voor niets dat het gezegde “een pinscher is niet graag alleen” bestaat. Je moet er dus ook goed rekening mee houden dat je hem niet zomaar langere tijd alleen kan laten. Daar doe je hem absoluut géén plezier mee.
In een gezin ziet een Dwergpinscher overigens maar één iemand als zijn echte baasje. Hij begrijpt zeker dat meerdere mensen deel uitmaken van zijn gezin, maar hij heeft eigenlijk maar oog voor één iemand. Hier is hij erg strikt in en dat is dan ook iets om goed rekening mee te houden. Hij verwacht eigenlijk dat jij continue de leiding neemt en dat moet je ook heel consequent zien te doen. Als je dit níet doet, neemt zijn zelfstandigheid de overhand.
Overigens is dit ras behoorlijk actief en energiek te noemen. Het is een komische hond die het heerlijk vindt om een grapje uit te halen, maar hij vindt het ook prima om even bij je op schoot te kruipen. Daarbij is het wel van belang dat hij overdag zijn energie kwijt kan. Is dat niet het geval? Dan raakt hij al snel verveeld en heb je een hele zware kluif aan hem.
Mocht je een grote tuin hebben, dan kun je hem prima in die tuin rond laten lopen. Houd er echter wel rekening mee dat hij behoorlijk nieuwsgierig is. Als hij ook maar één gaatje in de omheining van de tuin ziet, ben je hem eigenlijk al kwijt. Nieuwsgierig, vrolijk, intelligent, onbevreesd en aanhankelijk; dat zijn toch wel de belangrijkste termen waarmee het gedrag van een Dwergpinscher omschreven kan worden.
3. Verzorging
Het verzorgen van dit ras neemt niet al te veel tijd in beslag. Dat is met name te danken aan zijn korte vacht. Deze vacht kan je af en toe borstelen, maar een dagelijkse borstelbeurt is zeker niet aan te raden. Wel is het verstandig om af en toe zijn vacht vochtig te maken, waarna je zijn gladde vacht goed schoon kunt maken.
Door zijn korte vacht – en zijn kleine postuur – is het echter wel een hond die het behoorlijk snel koud heeft. In de winterperiode is het daarom aan te raden om een hondenjas of een hondentrui bij hem om te doen. Daarmee maak je de koude dagen in ieder geval een stuk aangenamer voor hem. Houd er verder rekening mee dat je zijn oren goed schoonhoudt, dat je zijn nagels regelmatig bijknipt en dat je zijn gebit af en toe goed poetst.
Qua veelvoorkomende aandoeningen valt eigenlijk alleen de aandoening patella luxatie op. Relatief veel honden binnen dit ras hebben last van deze aandoening bij de knie. Bij patella luxatie zweeft de knieschijf eigenlijk los in de kom van de knie, waardoor de knie behoorlijk veel pijn doet. Een Dwergpinscher is echter nogal een harde hond voor zichzelf, waardoor je deze pijn mogelijk niet al te snel opmerkt. Mede daarom is het verstandig om zijn motoriek en loopje regelmatig goed te observeren. Mocht je iets afwijkends constateren, is het verstandig om snel naar de dierenarts te gaan.
4. Opvoeding
Om een Dwergpinscher op te voeden, moet je behoorlijk sterk in jouw schoenen te staan. Tijdens de opvoeding heb je namelijk te maken met zijn nieuwsgierigheid, met zijn intelligentie en met zijn koppigheid. Door zijn intelligentie denkt hij het namelijk al snel zelf beter te weten. Ondertussen is het wel prettig om te weten dat hij behoorlijk snel leert.
Om hem snel commando’s en regels aan te leren, is het wel van belang dat je consequent bent. Ook hierbij geldt weer dat hij slechts één iemand als zijn echte baasje ziet; zijn echte baasje is dan ook volledig verantwoordelijk voor de consequente en strikte opvoeding. Ga in ieder geval niet met de harde hand regeren, want dan kom je al snel van een koude kermis thuis. Hier is hij niet van onder de indruk en je wekt hierdoor alleen maar onzekerheid en agressiviteit bij hem op.
Ook is het advies om op jonge leeftijd een puppycursus te volgen. Dit ras staat namelijk bekend om het feit dat ze moeite met andere honden hebben. Door hem op jonge leeftijd met andere honden in aanraking te laten komen, weet je hem op de juiste manier te socialiseren. Op latere leeftijd heeft hij daardoor een stuk minder problemen met andere honden.
Tot slot willen we je aanraden om voor de nodige variatie te zorgen. Leer hem genoeg nieuwe commando’s aan en vul trainingen continue op een originele manier in. Voorzie je hem niet van voldoende variatie? Dan raakt hij al snel verveeld en heb je een zware kluif aan hem. Zorg er ondertussen voor dat je onwijs consequent bent.
5. Beweging
Heeft een Dwergpinscher behoefte aan veel beweging? Ja, op zich wel. Het advies is om zeker één keer per dag een lang stuk met hem te wandelen. Tijdens deze wandeling kan je hem los laten lopen, indien hij goed naar je luistert. Tijdens deze wandeling kan hij in ieder geval zijn energie goed kwijt, waardoor je verveling bij hem weet te voorkomen.
Ondertussen vindt hij het ook leuk om spelletjes met je te spelen of om taken uit te voeren. Hij is immers behoorlijk zelfstandig en kan buigen op een goed stel hersenen. Zorg al met al voor de nodige variatie en voorzie hem dagelijks van de benodigde beweging. Aangezien hij niet al te groot is, is het niet per sé aan te raden om kilometers lang met hem te wandelen.
Zijn compacte afmetingen zorgen er ook voor dat je hem prima in een appartement of flat kunt houden. Ook hierbij geldt weer dat je hem wel van voldoende beweging moet voorzien. Laat hem lekker struinen, loop lange stukken met hem en speel leuke spelletjes met hem. Dankzij deze variatie is het geen probleem om met een Dwergpinscher in een appartement te wonen.
6. Geschiedenis
Het mag duidelijk zijn dat de Dwergpinscher veel gelijkenissen vertoont met de Duitse Pinscher. Volgens de verhalen zijn er dan ook meerdere kleinere pinschers gebruikt voor het fokken van dit ras. Sommige experts beweren dat bij het fokken ook de Engelse Toy Terriër gebruikt is; hier is echter tot op heden geen (wetenschappelijk) bewijs voor.
In Duitsland werd dit ras lange tijd als een waakhond gebruikt, maar zijn kleine afmetingen zijn daar uiteindelijk niet toereikend genoeg voor. Mede daarom is dit ras meer en meer een gezelschapshond geworden. Een gezelschapshond waar je een hechte band mee op kunt bouwen, indien je voor een consequente opvoeding zorgt. Daarbij is het erg belangrijk om te onthouden dat hij maar één iemand als zijn echte baasje ziet.
Ziet hij jou als zijn echte baasje? Dan wijkt hij niet meer van jouw zijde af. Hij houdt je continue in de gaten en hij waakt graag over je. Als je hem consequent opvoedt en veel liefde geeft, is het een hond waar je onwaarschijnlijk gek op gaat zijn. Ook qua uitstraling heb je niks te klagen, aangezien de Dwergpinscher een zeer harmonieuze en leuke hond is om te zien.