In het verleden heeft Groot-Brittannië een belangrijke rol vervuld in het fokken van honden. Zo komen twee verschillende terriërs uit het zuiden van Groot-Brittannië; de Parson Russell Terriër en de Jack Russell Terriër. De laatstgenoemde variant is behoorlijk populair te noemen, terwijl dat voor de Parson Russell Terriër niet geldt. Beide hondenrassen vertonen in ieder geval veel overeenkomsten met elkaar, maar zijn op hun eigen manier toch uniek te noemen.
Door de jaren heen zijn onwijs veel terriërsoorten ontwikkeld. De Parson Russell Terriër is het gevolg van de zogeheten Working Fox Terriër; deze terriër werd door dominee John Russell in de 19e eeuw in het zuiden van Groot-Brittannië gebruikt. Uiteindelijk besloot deze dominee om dit terriërsoort verder te ontwikkelen; de Parson Russell Terriër is daardoor uiteindelijk tot stand gekomen. Opvallend daarbij is dat dit ras pas sinds 1990 een officieel erkend ras is. Mocht je nu een Parson Russell Terriër in huis hebben of in huis halen, ben je in ieder geval verzekerd van een gezellige en gezonde hond. Een gemiddelde Parson Russell Terriër wordt zo’n 13 á 14 jaar oud.
Samenvatting Parson Russell Terriër
Dit zijn de belangrijkste eigenschappen van de Parson Russell Terriër.
1. Uiterlijke kenmerken
Als je een Parson Russell Terriër op straat ziet lopen, zie je ongetwijfeld ook een Jack Russell Terriër in hem. Beide hondenrassen vertonen nogal de nodige overeenkomsten op het uiterlijke gebied, maar weten zich toch beide te onderscheiden. Zo kent de Parson Russell Terriër een gemiddelde schofthoogteDe hoogte vanaf de grond tot aan de bovenkant van de rug, gemeten bij de voorpoten.X van zo’n 33 centimeter; mocht je voor een teefje kiezen, ligt deze schofthoogte vaak nog iets lager. Hij is dus niet al te groot om te zien, maar hij is wel behoorlijk atletisch gebouwd.
Opvallend aan zijn lichaam zijn bijvoorbeeld zijn poten. Deze poten zijn niet al te lang, maar zijn ook weer niet zo kort als bij sommige andere terriërsoorten. Door deze atletische en krachtige poten is hij in ieder geval erg atletisch, snel en behendig. Daarbij speelt ook zijn slanke lichaam een belangrijke rol; zolang je hem de juiste voeding geeft én van voldoende beweging voorziet, blijft hij ook op een zeer fraaie manier slank.
De kop van een Parson Russell Terriër is niet al te groot te noemen, maar kent wel een opvallende snuit. Deze snuit is behoorlijk lang en wordt gekenmerkt door een zwarte kleur. Deze zwarte snuit wordt bijgestaan door twee donkere ogen die de hond een zeer vriendelijke blik geven.
Zijn kop loopt over in een rechte en krachtige hals. Deze hals loopt eigenlijk in een vloeiende lijn en loopt over in een ietwat bolle rug. Naar de achterhandDe achterpoten en aangrenzende lichaamsdelen van de hond.X toe loopt de rug ietwat af, waardoor hij een ietwat bijzonder lichaam lijkt te hebben. Aan het einde van de rug is een fraaie staart te vinden; deze staart is behoorlijk lang te noemen en heeft méér haren dan de rest van zijn lichaam. De staart wordt bij voorkeur hangend gedragen.
De vacht van een Parson Russell Terriër is kort. Je hoeft hierdoor niet al te veel verzorging uit te voeren, waarover later meer in dit artikel onder het kopje “verzorging”. Zijn vacht is meestal wit, maar er bestaan nog meerdere variaties. Zo is het in veel gevallen een feit dat de Parson Russell Terriër meerdere kleuren heeft, waarbij met name de combinatie wit met zwart geliefd is. Eigenlijk kan de witte hoofdkleur met allerlei verschillende kleuren gecombineerd worden.
2. Gedrag
De dominee John Russell heeft een bepalende rol gespeeld in de totstandkoming van dit ras. Zijn grote wens was daarbij om een krachtige en kleine hond te ontwikkelen die goed was in het jagen in hollen van vossen. Later werd dit ras zelfs ook gebruikt voor het jagen op grotere dieren, waardoor dit ras behoorlijk gehard is. Je krijgt hem niet zomaar klein en dat is ook duidelijk terug te zien in zijn karakter/gedrag.
Dit ras is niet al te groot te noemen, maar voelt zichzelf wel een stukje groter. Zo is hij behoorlijk waaks te noemen, waarbij hij eigenlijk voor niets of niemand achteruitdeinst. Opvallend daarbij is dat hij ook behoorlijk brutaal is, maar dit vaak wel binnen de lijntjes weet te doen. Overigens zie je deze brutaliteit met name op straat terug en zeer zeldzaam binnenshuis.
Binnenshuis is het vooral een hond die van gezelligheid houdt, bijzonder vrolijk is en ondertussen de volledige omgeving in de gaten houdt. Mocht hij onraad ruiken, komt hij eigenlijk direct in actie. Daarbij is het opvallend dat een Parson Russell Terriër vrij veel zelfvertrouwen heeft. Door deze hoge mate van zelfvertrouwen is hij behoorlijk ondernemend en intelligent, maar kan hij ook behoorlijk dominant en koppig zijn. Dit zijn zeker karaktertrekjes waar je goed rekening mee moet houden, óók tijdens de opvoeding.
Je merkt ook al snel dat een Parson Russell Terriër over de nodige intelligentie beschikt. Hij is prima in staat om zichzelf te redden, maar hij vindt het ook super leuk om met zijn baasjes om te gaan. Zodra hij doorheeft wie zijn baasjes zijn, gaat hij voor hen door het vuur. Daarbij komen zijn waakse trekjes ook bijzonder goed van pas.
Op straat moet je ook rekening houden met de dominantie van dit ras. Met name ten opzichte van andere honden van hetzelfde geslacht kan hij behoorlijk dominant zijn. Hij vertoont daarbij niet zozeer agressief gedrag, maar hij lijkt ook niet meer op de lieve hond zoals je die binnenshuis mee maakt. Mede daarom is het van belang om hem op vroege leeftijd te socialiseren; meer informatie daarover vind je onder het kopje “opvoeding”.
Al met al is de Parson Russell Terriër een vrolijke, energieke en intelligente hond. Een hond die wel koppig en dominant kan zijn, maar vooral een maatje is waar je echt op kunt bouwen. Hij is waaks, hij is moedig en hij bulkt van het zelfvertrouwen. Juist dat zelfvertrouwen kan je perfect gebruiken tijdens de opvoeding én tijdens zijn verdere leven. Gezien het feit dat sommige Parson Russell Terriërs tot wel 18 jaar oud worden, kun je je in ieder geval opmaken voor een lang, gelukkig én uitdagend leven. Je maakt namelijk elke dag wel weer iets nieuws mee met dit ras.
3. Verzorging
Om aan te geven welke verzorging dit ras nodig heeft, is het eerst goed om een onderscheid te maken. Hedendaags bestaan er namelijk twee varianten: een gladharige variant en een ruwharige variant. Bij de gladharige variant is het prima om hem ongeveer 1 keer per week goed te borstelen. Hierbij weet je de losgekomen haren uit zijn vacht te verwijderen, terwijl je zijn vacht ook nog goed schoon weet te maken.
Bij de ruwharige variant is het aan te raden om regelmatig een bezoek te brengen aan de trimsalon. Zijn ruwharige vacht bevat namelijk relatief veel dode haren; deze kunnen alleen door een plukbeurt op de juiste manier verwijderd worden. Nadat de Parson Russell Terriër bij de trimsalon is geweest, groeien zijn nieuwe haren weer snel aan. Hij blijft daardoor zijn fraaie vacht behouden.
Verder is het advies om hem van de reguliere verzorging te voorzien. Dit betekent dat je regelmatig zijn gebit moet poetsen, zijn nagels moet knippen en zijn oren/ogen schoon moet houden. Verder is het goed om regelmatig naar de conditie van zijn ogen te (laten) kijken, aangezien verschillende oogaandoeningen relatief vaak voorkomen bij dit ras.
Dat is overigens ook het geval bij patella luxatie; bij deze aandoening zweeft de knieschijf los in de kom. Dat brengt de nodige pijn voor hem mee, waardoor hij ook mank gaat lopen. Aangezien een Parson Russell Terriër behoorlijk gehard is, heb je dit wellicht niet zo snel door. Het advies is in ieder geval om zijn motoriek goed te observeren. Merk je iets op aan zijn motoriek? Dan is een spoedig bezoek aan de dierenarts aan te raden.
4. Opvoeding
Tijdens het opvoeden van een Parson Russell Terriër moet je sterk in jouw schoenen staan. Over het algemeen is hij behoorlijk leergierig en maakt hij graag gebruik van zijn intelligentie. Deze intelligentie in combinatie met zijn hoge mate van zelfvertrouwen kan echter ook leiden tot ongewenst gedrag; koppigheid en dominantie. Tijdens de opvoeding is het daarom wenselijk dat je continue uitstraalt dat jíj de baas bent. Hij moet snel respect voor jou opbouwen en jij bent de enige die dat af kunt dwingen.
Dat doe je onder meer door duidelijke regels op te stellen en deze consequent na te leven. De regels moeten voor hem glashelder zijn, zodat hij met zijn intelligentie deze regels niet meer zelf gaat verzinnen. Ook is het van belang dat iedereen binnen jouw huishouden dezelfde regels er op na houdt. Een Parson Russell Terriër heeft dat nodig.
Daarnaast is het advies om hem op een positieve manier te benaderen. Een agressieve of wilde opvoeding heeft absoluut geen zin bij dit ras. Benader hem positief, geef hem regelmatig een aai over zijn bol, beloon zijn goede gedrag en maak vooral veel plezier met hem. Tijdens het maken van plezier moet je echter oppassen dat je niet van de regels af gaat wijken. Het woord “consequentie” speelt eigenlijk de sleutelrol tijdens het opvoeden van een Parson Russell Terriër.
Naar andere honden toe kan hij behoorlijk dominant gedrag vertonen. Ga daarom op een jonge leeftijd met hem naar een puppycursus, zodat hij kan wennen aan de aanwezigheid van andere honden. Van deze socialisatie hebben zowel jouw Parson Russell Terriër als jijzelf jarenlang profijt.
5. Beweging
Van nature is dit ras behoorlijk energiek; het is dan ook geen verrassing dat hij de behoefte aan de nodige beweging heeft. Ga dagelijks met hem lange stukken wandelen, laat hem taken uitvoeren en speel leuke spelletjes met hem. Zijn voorouders waren gewend om veel én om hard te werken; dit zie je ook terug in zijn dagelijkse hunkering naar beweging. Van simpel een stukje wandelen maak je hem niet altijd gelukkig. Als je een lang stuk met hem gaat wandelen, waarbij hij ook nog eens taken uit zou kunnen voeren, weet je hem écht gelukkig te maken.
Nadat je hem van de benodigde beweging hebt voorzien, is hij zijn energie kwijt. Hij is hierdoor ’s avonds een stuk rustiger en komt dan ook graag bij jou op schoot liggen. Dit begint dus allemaal met het aanbieden van voldoende beweging. Heb je een grote tuin? Dan is dat helemaal perfect voor een Parson Russell Terriër; je moet alleen even opletten met het feit dat hij het heerlijk vindt om veel te graven. Mocht je een grote tuin met veel aarde hebben, is dat iets wat je op jonge leeftijd al af moet zien te leren.
6. Geschiedenis
In de geschiedenis van de Parson Russell Terriër heeft de dominee John Russell een belangrijke rol gespeeld. Door meerdere terriërs met elkaar te kruisen, wist hij uiteindelijk dit ras en de Jack Russell Terriër tot stand te brengen. Dit ras werd met name gebruikt voor het jagen op vossen in hollen, maar gaandeweg werd dit ras ook ingezet voor het jagen op grotere dieren. Samen met de Jack Russell Terriër vormt dit ras in ieder geval de groep van honden die tot stand zijn gekomen dankzij de Working Fox Terriërs.
Pas in 1990 werd de Parson Russell Terriër als een officieel ras erkend. Sindsdien is het ras een stuk populairder geworden; de kans is dan ook aannemelijk dat je dit ras wel eens in Nederland op straat ziet lopen. Als jij zelf het trotse baasje van dit ras bent, ben je verzekerd van een vrolijke, energieke, slimme en gezonde hond.