Het hondenras Deerhound is van nature afkomstig uit Schotland. In dat land werd deze typische windhond ingezet als een jachthond, waarbij de focus lag op het jagen op wolven en herten. Door de jaren heen werd het ras meer en meer als gezelschapshond ingezet; hedendaags is dat eigenlijk nog de enige functie van dit prachtige hondenras.
Zo op het eerste oog vertoont een Deerhoud veel gelijkenissen met de Greyhound. De rassen lijken onder meer qua uitstraling en qua gedrag op elkaar, maar desalniettemin is er één belangrijk verschil zichtbaar; een Deerhound is een stuk(je) groter én zwaarder dan een Greyhound. Door zijn afmetingen en gewicht is het niet een hond die je zomaar op schoot neemt, maar je kunt wel op andere manieren optimaal van zijn aanwezigheid genieten. Mocht je een Deerhound in huis rond hebben lopen, moet je rekening houden met een gemiddelde leeftijd van 8 tot 11 jaar. In deze jaren geniet je niet alleen van zijn fraaie uiterlijk, maar ook van zijn liefdevolle en vriendelijke karakter.
Samenvatting Deerhound
Dit zijn de belangrijkste eigenschappen van de Deerhound.
1. Uiterlijke kenmerken
Zoals in de inleiding al aangegeven, vertoont een Deerhoud veel gelijkenissen met een Greyhound. Het meest duidelijke verschil is echter zichtbaar in de lengte en het gewicht van de hond. Een Deerhound kan een schofthoogteDe hoogte vanaf de grond tot aan de bovenkant van de rug, gemeten bij de voorpoten.X van meer dan 76 centimeter behalen; we hebben hierbij dus absoluut niet te maken met een kleine hond. Ook zijn gewicht is fors te noemen; een volwassen reu kan een gewicht bereiken van ruim 48 kilo.
Zijn schofthoogte en zijn gewicht staan eigenlijk niet in verhouding met elkaar. Normaliter zou een hond met een schofthoogte van 70+ cm namelijk meer wegen, maar dat is bij de Deerhound dus niet het geval. Van nature is dit ras namelijk zeer smal; dit zie je niet alleen aan bijvoorbeeld zijn buikomtrek terug, maar ook aan zijn poten. Zijn poten zijn absoluut niet dik of breed te noemen, maar zijn wel bijzonder atletisch. Mede daardoor werd dit ras vroeger veelal als jachthond ingezet; door zijn atletische poten kon hij hoge snelheden behalen én kon hij op lastig te bereiken plekken komen.
Een Deerhound staat bovendien behoorlijk hoog op zijn poten. Zijn lichaam is dus hoger dan dat het lang is, waardoor de hond uit sommige hoeken een ietwat aparte lichaamsbouw heeft. Juist door deze lichaamsbouw was het in het verleden echter een ultieme jachthond voor in de heuvelachtige gebieden van Schotland.
De kop van een Deerhound is lang en smal te noemen. Zijn ogen en oren vallen hierbij beide op. De ogen hebben dit te danken aan de kleine afmetingen en de donkere kleur. Door deze donkere kleur lijkt een Deerhound soms een ietwat intimiderende blik te hebben, maar daar is absoluut geen sprake van. De oren van een Deerhoud zijn altijd zwart – of een andere donkere kleur – en zijn behoorlijk hoog aangezet. In rust worden de oren door hem naar achteren gevouwen, maar zodra hij in actie komt, worden de oren (inclusief een vouw) naar boven gericht.
Het lichaam van een Deerhound is goed gewelfd, heeft een milde afloop naar achteren toe en is dus vrij hoog. Aan het einde van de rug is een lange staart te vinden. Bij de aanzet is de staart dik, maar naar de punt toe wordt deze steeds smaller. Bij een gemiddelde Deerhound tikt de staart nét niet de grond aan. Op het moment dat hij in beweging komt, wordt de staart licht gebogen gedragen.
De vacht van een Deerhound is relatief ruig, maar kent niet al te veel beharing. Je ziet een Deerhoud dus nóóit met bijvoorbeeld een wollige vacht rondlopen. Qua kleuren bestaan er behoorlijk wat variaties: allerlei tinten grijs, geel, zandkleurig, rood, reekleurig en donkerblauw. Bij veel honden binnen dit ras zie je dat de vacht verschillende kleuren heeft, waardoor de vacht soms ietwat wild en ruig er uit ziet.
2. Gedrag
Door zijn hoge poten is het een tamelijk indrukwekkende hond om te zien. Sommige mensen vinden hem hierdoor ietwat intimiderend, maar dat is absoluut niet nodig. Qua karakter is hij namelijk onwijs lief, loyaal en trouw. Je kunt echt op hem bouwen en je maakt eigenlijk nooit kennis met een boze of agressieve Deerhound. Hij kan veel hebben, hij is uiterst sympathiek en hij vindt het heerlijk om aandacht te krijgen.
Zijn karakter kent echter ook enkele andere trekjes. Zo is hij behoorlijk eigenzinnig en neemt het trainen van hem onwijs veel tijd in beslag. Hij neemt dingen niet klakkeloos van je over, aangezien hij liever eerst even de kat uit de boom kijkt. Tijdens de opvoeding is dit zeker één van de belangrijkste punten waar je rekening mee moet houden.
Binnenshuis is hij vaak de rust zelve, waardoor hij ook uiterst goed met kinderen om kan gaan. Ook in de omgang met andere honden is hij tamelijk goed, maar dat is hij absoluut níet in de omgang met andere soorten huisdieren. Een Deerhound zit eigenlijk niet te wachten op de aanwezigheid van bijvoorbeeld een konijn, een kat of andere (kleine) huisdieren. Dit laat hij dan ook duidelijk blijken.
Een gebrek aan zelfvertrouwen is bij een Deerhound nooit sprake van. Hij is onwijs zeker van zichzelf, hij is ervan overtuigd dat hij de wereld aankan en hij heeft behoorlijk veel zelfkennis. Mede door deze eigenschappen is hij relatief lastig om te trainen en neemt hij dus niet zomaar alles voor lief. Tegelijkertijd is hij wel super loyaal en geeft hij veel liefde aan jou. Vereiste daarbij is dat jij hem met een zachte hand behandelt, dat je hem ook veel liefde geeft en dat jullie een hechte en gelijke band op weten te bouwen.
Tot slot willen we graag zijn intelligentie nog aanstippen. Doordat hij zo intelligent is, heeft hij het idee dat hij prima alles zelf kan bepalen. Mede daardoor duurt het aanleren van bijvoorbeeld commando’s behoorlijk lang. Dit is echter iets waar je mee moet zien te dealen en waar je goed rekening mee moet houden. Meer informatie over het opvoeden van een Deerhound vind je in dit artikel onder het kopje “opvoeding”.
3. Verzorging
Bij het verzorgen van een Deerhound moet de meeste aandacht naar de vacht uit gaan. Het advies is om 1 á 2 keer per week zijn vacht goed door te borstelen. Gebruik hier wel uitsluitend de beste hondenborstel voor, aangezien je zijn vacht relatief makkelijk kan beschadigen. Mede daarom is het ook niet aan te raden om hem vaak te wassen. Door zijn vacht vaak te wassen, verliest de vacht zijn ruige structuur. Zijn vacht wordt daardoor (te) zacht en dat is niet wenselijk.
Heb je een Deerhound met een slechte vacht? Dan is het aan te raden om de vacht regelmatig te laten trimmen. Daarmee stimuleer je de groei van nieuwe haren, waardoor zijn vacht weer goed en mooi aan kan groeien. Ook is het advies om de haren rondom zijn oren regelmatig bij te knippen. Deze haren zijn behoorlijk lang en kunnen voor de nodige irritaties zorgen. Knip deze met enige regelmaat bij, poets zijn tanden regelmaat en knip zijn nagels ook regelmatig.
Niet veel grote hondenrassen zijn zo gezond als de Deerhound. Je moet echter toch rekening houden met enkele gezondheidsproblemen waar hij last van krijgen. Zo heeft dit hondenras relatief vaak last van botkanker, van een ontsteking in de hersenen, van hartziekten en van verschillende allergieën. Mocht je een verandering in zijn gedrag opmerken, is het verstandig om tijdig naar de dierenarts te gaan. De dierenarts kan bijvoorbeeld bloed afnemen en uiteindelijk een diagnose stellen. Sommige van de hierboven genoemde aandoeningen zijn levensgevaarlijk en moeten dus tijdig behandeld worden.
4. Opvoeding
Als je een Deerhound op gaat voeden, moet je over één eigenschap beschikken; geduld. Zoals al eerder gezegd; dit ras heeft een grote hoeveelheid zelfvertrouwen en is behoorlijk eigenzinnig. Mede door deze karakteristieke eigenschappen gaat het aanleren van commando’s en regels behoorlijk lastig. Je moet hier echt de tijd voor uittrekken, je moet hem veel persoonlijke aandacht geven en je moet dus bovenal veel geduld op kunnen brengen.
Consistentie is sowieso erg belangrijk bij het opvoeden van hem. Als je continue dezelfde regels er op na houdt, is hij eerder in staat om deze regels over te gaan nemen. Ook heeft hij behoefte aan veel duidelijkheid. Geef je hem deze duidelijkheid niet? Dan gaan zijn hersenen zelf aan de slag en weet hij zijn eigen regels perfect op te stellen.
Het advies is om met een pup Deerhound naar een puppycursus te gaan. Op jonge leeftijd is de kans groter dat hij sneller commando’s en regels overneemt. Daarnaast komt hij tijdens de puppycursus op jonge leeftijd al in aanraking met andere honden. Dit draagt absoluut bij aan zijn socialisatie; daar plukken jullie op latere leeftijd alleen maar de vruchten van.
Consistente trainingsmethoden, een liefdevolle aanpak en veel geduld zijn eigenlijk de sleutelwoorden bij het opvoeden van een Deerhound. Zorg ervoor dat je nooit boos op hem wordt, aangezien je daarmee juist het ongewenste gedrag op kan roepen. Behandel hem altijd met respect, hanteer duidelijke regels en bouw zodoende een hechte band met hem op. Als jullie een hechte band hebben, is hij eerder geneigd om (goed) naar je te gaan luisteren.
5. Beweging
In het verleden werd dit ras als een echte jachthond ingezet. Dit hield in dat hij continue in beweging was. De hedendaagse honden binnen dit ras hebben daardoor ook een grote behoefte aan voldoende beweging. Voorzie jij jouw Deerhound niet van voldoende beweging? Dan kan zijn overvloed aan energie voor ongewenst gedrag gaan zorgen, terwijl hij ook nog eens last van overgewicht kan gaan krijgen. Zorg er dus voor dat hij dagelijks voldoende beweging krijgt.
Lange stukken met hem wandelen, naast de fiets mee rennen of samen een stuk gaan hardlopen. Ongeacht op wat voor manier je met hem gaat bewegen; je kunt hem daar altijd wakker voor maken. Mocht je zelf een liefhebber van hardlopen zijn, dan kun je dit dus ook perfect combineren met het uitlaten van hem. Hij rent graag met jou mee en dat kost hem bovendien niet al te veel moeite.
Heb je een grote tuin bij jouw huis? Dan is dat de ideale situatie voor een Deerhound. Gedurende de dag kan hij immers heerlijk in de tuin bewegen, waardoor hij al zijn energie kwijt kan. Onder aan de streep is het onwijs belangrijk voor hem dat hij voldoende beweging krijgt; hoe je dat aan hem voorschotelt, maakt in de praktijk niet al te veel uit. Als hij maar kan bewegen.
6. Geschiedenis
De oorsprong van de Deerhound is terug te vinden in Schotland. Dat is dan ook direct de enige constatering die we met 100% zekerheid kunnen plaatsen. Over de verdere geschiedenis van dit ras is namelijk niet al te veel bekend. Men denkt dat de oorsprong van dit ras te danken is aan handelaren uit Fenicië; dit was vroeger een gebied aan de oostelijke kust van de Middellandse Zee. Hoe dit ras uiteindelijk in Schotland zijn oorsprong heeft weten te vinden, is dus niet zeker.
Wat we wel zeker weten, is dat dit ras vroeger ingezet werd als jachthond. Het was een perfecte hond om mee te jagen op bijvoorbeeld wolven en herten. Hij was alert, hij was onwijs snel en hij had ook nog eens een ongekend uithoudingsvermogen. Voor de Schotse jagers was het dus een perfecte metgezel. Hedendaags doet dit ras uitsluitend dient als gezelschapshond. Zijn vriendelijkheid, zijn sympathie en zijn leuke voorkomen kunnen altijd op veel positieve woorden rekenen.